De allerlaatste dagen in dienst bij mijn werkgever. Waar ik met heel veel plezier als logopedist met communicatief meervoudig beperkte kinderen heb gewerkt. De doelgroep, het klein kijken en het op een andere manier werken was echt mijn ding. Iedere dag samen met leerlingen en collega’s (nieuwe) dingen ervaren en beleven. Zo gingen we naar de supermarkt voor boodschappen, werd er gekookt, hout gezaagd, verkleed, trampoline gesprongen, muziek gemaakt en vooral heel veel doen, ervaren en lichaamsgebonden werk.

Na mijn revalidatieperiode ben ik op school begonnen met het reïntegreren. Het eerste schakelmoment brak al vrij snel aan toen bleek dat de plek helemaal niet passend was voor mij en dat het fysiek veel te veel zou vragen vanwege de complexe doelgroep en de manier van werken. Dus in de paar weken voor de zomervakantie (van 2023) werd er binnen de organisatie gezocht naar een andere school, zodat ik beter kon afstemmen in wat ik voor mijn herstel en lijf nodig had. Een hele fijne plek gevonden, waar ik met open armen werd ontvangen. Daar ben ik ze nog steeds dankbaar voor. Want het was echt wel wennen om na 1,5 jaar thuis zijn niet op je vertrouwde eigen school te starten. In mijn hoofd zou de re-integratie op de andere school voor een paar maanden zijn. Daarna zou ik weer terugkomen op mijn eigen school. Dat liep dus iets anders.
Vorig jaar oktober zat ik nog midden in mijn re-integratie. Zoveel gegeven in die maanden. Opgebouwd van twee keer één uur per week naar twee keer twee en een half uur. Fysiek vroeg het ontzettend veel, kreeg een flinke terugval, en ik zat tot ver in mijn reserves. En toen werd een jaar geleden samen besproken en besloten dat ik niet meer terug zou gaan keren naar mijn eigen school en eigen werk. Dat was zo’n klap. Terwijl ik diep van binnen wist dat het niet haalbaar was.
Ik heb nog tot afgelopen januari mijn re-intergratie voortgezet op de andere school. Totdat daar ook na de kerstvakantie het besef kwam dat ik er fysiek aan onderdoor ging. Thuis kostte me al genoeg, en hoe leuk ik het ook vond, ik herstelde niet meer en bleef in een vicieuze cirkel zitten. Iedere keer hoopte ik dat de week erna beter ging als de week ervoor. Dat ik verder kon gaan opbouwen in uren en belastbaarheid. Maar iedere week ging het steeds meer ten koste van mezelf in plaats van dat het beter ging.
In januari was ik in gesprek met mijn re-integratie begeleider. Ik vertelde haar dat de kerstvakantie aanpoten was en ik niet veel had gedaan. Dacht dat ik er na de vakantie weer zou zijn, maar de eerste maandag op het werk had ik meteen weer veel pijn. Besefte me dat ik nog steeds niet herstelt was van vóór de kerstvakantie. Ze zei:”Maar Janne is het niet beter om te stoppen?” Ik durfde zelf de woorden niet uit te spreken dus het was goed dat zij het deed. Het voelde zó enorm als falen. Dat het me niet was gelukt. Maar teveel van mezelf vragen en maar doorgaan was zeker niet haalbaar. En dan vraag je je misschien af: ‘Waarom ben je dan zo lang doorgaan?’. Ik had dus de hoop dat het fysiek en mentaal een keer beter zou gaan. Daarnaast wist ik heel diep van binnen dat ook dit niet verder kon, maar ik deed er alles aan om het te doen laten slagen. Ik had de tijd en ruimte nodig om dat te ervaren. Als mijn re-integratie begeleider al eerder had gezegd om helemaal te stoppen dan had ik dat niet geaccepteerd en dat wist ze. Nu heb ik het zelf ervaren, al liep ik op m’n tandvlees. Achteraf gezien een pittige periode, maar wel nodig voor mijn eigen proces.
Afgelopen februari heb ik definitief afscheid genomen van mijn eigen school, leerlingen en collega’s. Met een lach en een traan. Enorm genoten van iedereen die was gekomen en ik nog gedag heb kunnen zeggen.
En dan is er een paar maanden later een uitnodiging van een afscheidsborrel op school van een oud-collega. Terwijl ik er naar toe rijd en steeds dichterbij kom, komt er ook steeds meer buikpijn. Niet om mijn oud-collega’s weer te zien, integendeel. Leuk zelfs! Maar het besef dat ik niet meer op deze plek werk, dat ik deze route niet meer zal rijden en dat het klaar is. Voelde de letterlijke pijn en verdriet in mijn lijf. Ook daarin loslaten van wat was.
En dat loslaten gaat nu echt komen. De afgelopen maanden heb ik in delen mijn werkspullen opgeruimd, weggegooid en een tweede leven gegeven bij instanties. De grote hoop van werkspullen werd steeds minder. En ergens voelde dat ook goed. Ook een stukje van het acceptatieproces. Het allerlaatste dunne lijntje met werk wordt binnenkort doorgeknipt. Ik denk dat ik het toch even zal gaan voelen. Maar ook fijn om dit hoofdstuk nu echt te kunnen gaan afsluiten en het lijntje los te laten.
